toegeven
Dutch
Pronunciation
- IPA(key): /ˈtuˌɣeː.və(n)/
audio (file) - Hyphenation: toe‧ge‧ven
Verb
toegeven
- to admit
- Ik moet toegeven dat je gelijk hebt. ― I have to admit that you're right.
- Ze wilde niet toegeven dat ze een fout had gemaakt. ― She didn't want to admit that she made a mistake.
- Hij gaf toe te snel te hebben gereden. ― He admitted to driving too fast.
- to concede
- De partij moest toegeven na felle onderhandelingen. ― The party had to concede after fierce negotiations.
- Hij wilde niet toegeven op dat punt. ― He didn't want to concede on that point.
- Ondanks hun sterke inspanningen, moesten ze toegeven dat het andere team beter was. ― Despite their strong efforts, they had to concede that the other team was better.
Inflection
Descendants
- Afrikaans: toegee
- Negerhollands: gie toe
Anagrams
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.