oorbel
Afrikaans
Pronunciation
- Hyphenation: oor‧bel
Dutch
Pronunciation
- IPA(key): /ˈoːr.bɛl/
Audio (file) - Hyphenation: oor‧bel
Noun
oorbel f or m (plural oorbellen, diminutive oorbelletje n)
- earring (piece of pierced ear jewelry of any type) [from late 18th c.]
- 1784, Alex Balthazaar, Chirurgia practica, of oefenende heelkunde, publ. by J. B. Elwe, page 178.
- § 369. Wanneer, door de mode om zwaare oorbellen te draagen, de oorlellen zijn doorgeſcheurd, dan kan men dit gebrek, met de boorden van de ſpleet rauw te maaken, en zamentehegten,ligtelijk herſtellen.
- (please add an English translation of this quotation)
- 1784, Alex Balthazaar, Chirurgia practica, of oefenende heelkunde, publ. by J. B. Elwe, page 178.
Hyponyms
Descendants
- Afrikaans: oorbel
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.